U heeft geen producten in uw winkelwagen.
Gepubliceerd op 2021-08-10 07:35:38 Ontwerp van Nederlandse bodem heeft een kenmerkende uitstraling. Nederlandse ontwerpers denken vrij, zijn experimenteel, innovatief en eigenzinnig. Van de Rood-Blauwe stoel van Rietveld tot de Knotted Chair van Marcel Wanders, het zijn stuk voor stuk nuchtere Nederlandse iconen. In deze blog nemen we je mee op reis door de geschiedenis van het Nederlands ontwerp. Een van de eerste grote namen in de Nederlandse ontwerpwereld is Gerrit Rietveld (1888 – 1964). Hij leert als hij amper 12 jaar oud is het meubelmakersvak in de werkplaats van zijn vader. Hij vindt de massief ogende, decoratieve meubels vol met houtsnijwerk verschrikkelijk. Al vanaf jongs af aan droomt hij over moderne, strakke meubels. In 1918 maakt hij het eerste prototype voor de welbekende Rood-Blauwe leunstoel. De stoel bestaat uit 13 latten met een vierkant profiel, twee armleuningen met een rechthoekig profiel en twee rechthoekige panelen die de zitting en rugleuning vormen. Op bovenstaande afbeelding zit Rietveld op de stoel, die van origine geen kleur heeft. Pas in 1923 worden de kenmerkende kleuren rood, blauw, geel en zwart toegevoegd en de zijpanelen verdwenen. Het kleurgebruik was kenmerkend voor ‘De Stijl’, een stroming en gelijknamig tijdschrift waar Rietveld onderdeel van was. Het doel van de groep was het hervormen van de kunst- en ontwerpwereld. Ook meubels uit de jaren 50 en 60 worden gekenmerkt door functionaliteit. Martin Visser (1922 – 2009) had net zoals Rietveld een voorkeur voor heldere constructies, gebrek aan decoratie en eerlijk materiaalgebruik. Visser ontwierp voor Spectrum toegankelijke, eenvoudig gevormde meubelen met zo weinig mogelijk materiaal. Zijn SZ 63 Fauteuil heeft, anders dan de BR 02 Slaapbank en SZ 64 Fauteuil, een zitkuip die bestaat uit één geheel. Het voordeel hiervan is dat er met relatief weinig onderdelen en voorraad snel meerdere modellen geproduceerd kunnen worden. Spectrum meubels worden enorm populair in het Nederlandse huishouden. Stichting Goed Wonen (1946 – 1968) pleitte voor goedkope, gebruiksvriendelijke en flexibele meubels die aansloten bij de kleine Nederlandse woningen. Spectrum was hier onderdeel van, net zoals De Ploeg, Artifort en Pastoe. Invloeden vanuit het buitenland kwamen subtiel terug in de Nederlandse interieurs. Cees Braakman, ontwerper bij Pastoe, maakte tijdens een reis door de VS kennis met nieuwe technieken en meubels van bijvoorbeeld Charles & Ray Eames. Hij introduceert daarop in de jaren vijftig zijn DB01 Dressoir met gebogen poten van triplex bij Pastoe. Enkele meubels zijn inmiddels zo iconisch dat ze zijn opgenomen in collecties van grote musea. Zo ook de A'dammer Kast, die Aldo van den Nieuwelaar in 1978 voor Pastoe ontwierp. Deze kast was zo populair dat hij vaak gekopieerd werd, wat uitmondde tot een grote rechtszaak die Pastoe won in 1984. De A’dammer is opgenomen in de collectie van het Stedelijk Museum te Amsterdam en is daar nog tot 12 september 2021 te bewonderen bij de tentoonstelling ‘Van Thonet Tot Dutch Design’, net zoals de Benno Spiegel van Benno Premsela voor Spectrum. De TC Kruk, een ontwerp van Ruud Jan Kokke voor Spectrum, is opgenomen in de collectie van het Museum of Modern Art in New York. De kruk is ontworpen in opdracht van museum Boymans van Beuningen te Rotterdam. Er was behoefte aan een kruk die makkelijk mee kon worden genomen tijdens de rondleidingen. De kruk is dus met recht een echt museumstuk. Waar de Nederlandse ontwerpen in de twintigste eeuw grotendeels een functionele, sobere en industriële uitstraling hadden kwam er in de jaren negentig een omslagpunt. Rond 1991 viel het Renny Ramakers en ontwerper Gijs Bakker op dat jonge Nederlandse ontwerpers alledaagse voorwerpen gebruikten in hun werk gecombineerd met een down-to-earth mentaliteit. Het ontwerp ging om het verhaal en niet meer alleen om vorm en functie, het was een andere kijk op de wereld. Ramakers en Bakker verzamelden het conceptuele werk van deze ontwerpers en brachten het vanaf 1993 naar Salone Del Mobile, de jaarlijkse internationale designbeurs in Milaan. Het werk werd gepresenteerd onder de naam ‘Droog’, omdat er een bepaald soort humor in de ontwerpen zat. Voorbeelden van bekende ontwerpen die door Droog gepresenteerd werden (tijdens verschillende jaren van de Salone Del Mobile) waren de Knotted Chair van Marcel Wanders en de Chest of Drawers van Tejo Remy. Het ontstaan van de term Dutch Design wordt vaak gelinkt aan de oprichting van designstichting Droog. Gedurende de jaren is Dutch Design uitgegroeid tot een begrip binnen de designwereld waar een aantal bekende namen en ontwerpen aan gelinkt kunnen worden zoals de Smoke Stoel van Maarten Baas voor Moooi. De term Dutch Design refereert aan de ontwerpesthethiek die ontstaan is onder Nederlandse ontwerpers. Het is experimenteel en innovatief ontwerp met een knipoog. De vormgeving van het ontwerp komt voort uit het concept of verhaal. Inmiddels is Dutch Design een bekend begrip en ontwerpen designers over de hele wereld vanuit de Dutch Design filosofie.
Op reis in eigen land
De Stijl
Functionaliteit voor kleine woningen
Museumstukken
Droog
Dutch Design